CPB: laat meer aanbieders zorg toe

Met de decentralisatie van taken zijn gemeenten verantwoordelijk geworden voor de inkoop van een belangrijk deel van de langdurige zorg. Gemeenten maken hierbij verschillende keuzes. Sommige gemeenten contracteren veel aanbieders, andere slechts één of enkele. Als gemeenten kiezen voor een ruim aanbod, biedt dat voordelen voor zowel de gemeente als de cliënten. Dit staat in de zojuist verschenen publicatie ‘Naar een effectieve inkoop binnen het sociaal domein’ van het Centraal Planbureau (CPB).

Gemeenten die via veel aanbieders zorg inkopen, prikkelen deze aanbieders om goede kwaliteit te leveren. Als er keuze is, moeten aanbieders namelijk hun best doen om de cliënt binnen te halen. Ook kan deze manier van inkopen bijdragen aan kostenbesparing voor gemeenten, omdat het minder tijd en moeite kost om te bepalen welke aanbieders geschikt zijn. Voordelen van het toelaten van meerdere aanbieders in de gemeente gelden alleen:

  • als cliënten zicht hebben op de kwaliteit van zorg
  • er voldoende gebruikers per gemeente zijn
  • de gemeente de kostprijs van aanbieders goed kan inschatten

Van alle gedecentraliseerde zorgtaken voldoen begeleiding en huishoudelijke hulp vanuit de Wmo en ambulante jeugdhulp het beste aan deze voorwaarden.

Het komt voor dat cliënten minder of niet in staat zijn om een  goede aanbieder  te kiezen. In zo’n geval kan een strengere selectie door gemeenten cliënten helpen. Er zijn echter ook andere manieren om dat te bereiken, zoals ondersteuning via het eigen netwerk of door een professionele ondersteuner in dienst van de gemeente.

 

Bron: persbericht CPB